
Klik hier voor een vergrotingDe nacht is niet altijd stil. De speelplaats is wel verlaten, en alle kinderen zijn naar bed. Het museum is gesloten en de bezoekers zijn naar huis, en bij de Nicolaï-, Klaas-, of Nicolaaskerk brandt alleen het buitenlicht nog.
De grote attractie is het bankje aan de singel, net achter de speelplaats. Enkele buurtbewoners hebben wat vrienden en bier meegenomen en treffen elkaar aan de singel. Ze zijn te druk met elkaar en het bier bezig om mij op de donkere speelplaats op te merken. Wel krijgen de joggers en hondenuitlaters een deel van het rumoer in hun richting.
Ik werkte toen aan een serie over de Klaaskerk, die ik in de zomer van 2008 in de kerk heb geëxposeerd. Voor het maken van zo’n serie fiets ik dan meerdere malen in kleine of grotere rondes om de kerk, om die op zoveel mogelijk verschillende manieren in beeld te brengen. Ik ben zelfs op de toren van de kerk geweest.
Enkele weken later stond ik aan de overkant te fotograferen. Ik had de rumoerige bankzitters al wel gehoord, maar het was me niet opgevallen dat hun geschreeuw aan mij gericht was. Pas na een paar schreeuwen drong het tot me door dat ze het tegen mij hadden en dat ze niet van plan waren op te houden.
Als ik ’s nachts fotografeer kan ik slecht tegen te veel lawaai, dus zocht ik de rustigste manier om hun duidelijk te maken dat zij niet op de foto kwamen, want ik nam maar aan dat dat de reden was waarom ze schreeuwden. De singel was te breed om een verhaal over de sluitertijd van de camera te houden. Dus ik schreeuwde dat ik de Klaaskerk fotografeerde, en dat stelde hen gerust.
De betrekkelijke rust keerde weer terug. Ik maakte de foto’s die ik wilde, maar had daarna geen zin meer om nog verder te werken, ik had te veel rumoer in m’n hoofd.