Ook dit stukje mag ik nog schrijven vanaf het terras van een gehucht in de Franse Loire-streek. Dinsdag deden wij, net als exact een jaar geleden trouwens, een dagje Tours. Zoals alle andere stadjes aan de prachtige rivier De Loire ademt Tours geschiedenis. Belangrijke Frans/Europese geschiedenis van tijdens de late middeleeuwen. Tours, zeg half zo groot als onze provinciehoofdstad Utrecht, heeft een winkelbestand waar wij onze vingers bij af zouden likken. Ketens zijn amper waarneembaar, of het moet het prachtige warenhuis Printemps zijn. Lokale zelfstandigen, met kleine speciaalzaken, werken hard voor hun brood en beleg. En dat vaak vanuit een eigen pand. Winkel beneden, woning boven, zoals dat te doen gebruikelijk was. Je zou kunnen beweren dat de Fransen 50 jaar achterlopen, maar gezien de gemiddelde leeftijd van de winkeleigenaren denk ik eerder dat ze hun tijd vooruit zijn. In Tours geen Corio (nu hun nota bene Franse koper Kleppiere) die de halve stad in zijn greep heeft. In onze provinciehoofdstad, Tours is dat eveneens, mag je een stukje voor jou bedachte marmeren koopgoot huren in één van de ‘concepten’ van de winkelbelegger. Een platgeslagen eenheidsworst die maar groeit en groeit. In Tours hoeven ze kennelijk ook niet eerst een megabieb te bouwen om daarmee de inpassing van de OV-banen rond te breien. Daar hebben ze inmiddels een prachtig tramstelsel, vanaf het machtige, nog originele 19e eeuwse station, dwars door de binnenstad, over de Pont Wilson, naar de wijken ten noorden van de woeste rivier. Vorig jaar waren ze nog aan het aanleggen, nu rijdt de tram alsof hij er altijd was. Toch gek dat we over zo’n doorgetrokken trambaan in Utrecht al 25 jaar oreren. En nog het aardigste: een reuzenrad hebben ze hier ook al. Geen London-Eye, okay, maar toch een geinig exemplaar op het meest centrale plekje van de stad. Ik heb voor voormalig Leefbaar-raadslid Berends en wethouder Everhardt wat kiekjes gemaakt. Niet langer lullen maar dat dat ding rap een mooi plekje gunnen. Liefst op de A2-tunnel maar desnoods op het Smakkelaarsveld. Doe wel een beetje flinke om over de Kleppiere-worst te kunnen kijken.
Wouter de Heus
Deze column is eerder gepubliceerd in
AD/Utrechts Nieuwsblad en op
WouterdeHeus.nl.